Leven op ‘t land is een rechtstreekse verwijzing naar één van de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen en een thema dat niemand onberoerd laat. Zoals bij de twee eerste thema’s biedt dit thema opnieuw mogelijkheden om verschillende aspecten van een compleet STEM verhaal in onder te brengen. Naast technologie en digitalisatie zal ook artificiële intelligentie aan bod komen.
Dit STEM-traject heeft als hoofddoel dat de jongeren een systeem uitwerken waarbij dieren worden gemonitord en automatisch worden gevoerd op basis van AI. Het betreft hier uitsluitend de dieren die worden gekweekt in de groeituin voor consumptie. Leven op ‘t land is echter een veel breder gegeven en we gaan dan ook aan de slag met veel observaties om de dierendiversiteit te leren kennen en begrijpen. Welke invloed hebben ze op elkaar? Wat is hun rol in het ecosysteem? Welke wetgeving is van toepassing?
Naast het STEM-gedeelte is dit een thema waarbij er veel ruimte zal zijn voor debat rond ethiek en dierenwelzijn. Het debat zal hierbij niet enkel over de inhoud gaan (ecologische voetafdruk/kostprijs, alternatieve voeding,…), maar de jongeren zullen ook begeleid worden om op een respectvolle manier hun mening te uiten en open te staan voor de mening van anderen. Ze zullen ook in dialoog gaan met andere generaties en zo worden aangezet tot het nadenken over hoe we komen tot samen-leven, over verschillen en generaties (met een heel ander aanvoelen) heen. Op deze manier werken ze eveneens aan een aantal 21ste eeuwse vaardigheden zoals communicatieve en sociale vaardigheden alsook kritisch denken.